Tussen Nieuw en OudVerbinding

Het verschijnen van de verbondsark in het boek Openbaring

http://sweetpublishing.com

De ark van het verbond die aanvankelijk in de tabernakel (de tent van God) en later ten tijde van koning Salomo in de tempel in Jeruzalem stond, keert – verrassend – in het laatste boek van de Bijbel, de Openbaring van Johannes – weer terug, nu in de hemelse tempel. Wat is hiervan de betekenis? Daarover gaat het volgende stuk.

De verbondsark in het Oude Testament.

Als het volk Israël onderweg is van Egypte naar het beloofde land, komt het aan bij de berg Sinai. Daar geeft God opdracht een tabernakel (tent met houten structuur) te bouwen als plaats waar Hij gediend kan worden. In deze tabernakel moeten voorwerpen komen die gebruikt worden voor de dienst aan God of iets van Hem zeggen. Het belangrijkste is de ark van het verbond. Mozes moet tabernakel en voorwerpen bouwen volgens het model dat hem op de berg is getoond (Exodus 25:40).

In de ark worden later de twee stenen tabletten waarop de tien geboden staan geschreven, bewaard (Exodus 40:20). Op de ark moet het verzoendeksel worden gelegd. Van boven het verzoendeksel, tussen de beide gouden cherubs die één geheel met het verzoendeksel vormen, zal God spreken met Mozes (Exodus 25:20). De ark wordt zo het teken van Gods aanwezigheid. Later wordt het zelfs Gods troon genoemd (zie Psalm 99:1). In 1 Samuël 4:4 wordt gezegd dat God op de cherubs troont.

Bij verschillende gebeurtenissen onderweg naar het beloofde land en later in dit land is de verbondsark betrokken.

Ten tijde van koning Salomo krijgt deze ark een vaste plaats in de tempel. Op een gegeven moment blijkt echter dat de ark uit de tempel verdwenen is. In Jeremia 52:17-19 lezen welke voorwerpen de Chaldeeën met koning Nebukadnezar uit de tempel meenemen naar Babel. De ark van het verbond is daar niet bij. Was die al eerder verdwenen, verstopt door de Israëlieten?

De verbondsark in het boek Openbaring

Verrassenderwijs komt de ark weer ter sprake in het laatste boek van de Bijbel, de Openbaring van Johannes. Hier zal het gaan om het hemelse oerbeeld van de ark, omdat deze in de hemelse tempel verschijnt. Mozes moest de tabernakel met alles wat erbij hoort, maken naar het voorbeeld dat hem op de berg Sinai werd getoond. Deze hemelse ark heeft dezelfde betekenis als de aardse ark.

In Openbaring 11:19 lezen we: ‘En de tempel van God die in de hemel is, ging open en de ark van zijn verbond verscheen in zijn tempel en er geschiedden bliksemstralen en stemmen en donderslagen en een aardbeving en zware hagel.’

Dit gebeurt nadat de zevende engel, voorafgegaan door zes bazuinengelen, op de bazuin geblazen heeft. Als deze zevende engel de bazuin blaast, klinken stemmen in de hemel die zeggen: ‘Het koningschap over de wereld is gekomen aan onze Heer en zijn Gezalfde en Hij zal als Koning heersen tot de eeuwen der eeuwen (Openbaring 11:15).’

Als teken van dit koningschap van God en zijn gezalfde Messias verschijnt nu de ark van het verbond.

Om de betekenis hiervan te begrijpen, moeten we teruggaan naar de gebeurtenissen met de ark in het Oude Testament. Die gebeurtenissen klinken nu opnieuw mee.

De betekenis van het verschijnen van de verbondsark in het boek openbaring

1. God laat zijn koningschap zien in het uitkiezen van het nieuwe Jeruzalem tot zijn stad en in het uitkiezen van zijn Gezalfde

Koning Salomo brengt de ark in de tempel in Jeruzalem die hij heeft gebouwd. Dit brengen van de ark in de tempel is een teken van Gods koningschap. God zegt daarbij: ‘nu heb Ik Jeruzalem uitgekozen, opdat mijn naam daar zijn zou, en heb Ik David uitgekozen opdat hij over mijn volk Israël zou heersen (2 Kronieken 6:6).’

Dat nu in het boek Openbaring de ark verschijnt in de hemelse tempel is een hemelse bevestiging dat God opnieuw Jeruzalem, nu het nieuwe Jeruzalem, heeft uitgekozen als woonplaats. Ook heeft Hij David (nu in zijn nakomeling Jezus) uitgekozen om koning te zijn, nu niet alleen over Israël, maar over heel de wereld.

In Openbaring 12, direct na het verschijnen van de verbondsark, lezen we van de geboorte van de Messias, de Zoon van David (Openbaring 12:1-5). En in Openbaring 21 en 22, van de heilige stad, die God heeft uitgekozen om daar te wonen. In Openbaring 21:3 staat: ‘Zie, de tent van God is bij de mensen’. En in Openbaring 22:3 ‘de troon van God en van het Lam zal daarin zijn’.

Het nieuwe Jeruzalem lijkt op de tempel van Salomo. In die tempel was de vloer bedekt met goud (1 Koningen 6:30), in het nieuwe Jeruzalem is de straat van goud (Openbaring 21:21). In de tempel had het heilige der heiligen de vorm van een kubus (hoogte, breedte en lengte gelijk (1 Koningen 6:20); in de toekomstige heilige stad zijn ook hoogte, breedte en lengte gelijk (Openbaring 21:16). Maar een tempel is daar niet, want nu is God zelf haar tempel (Openbaring 21:22).

Het verschijnen van de verbondsark is in Openbaring het teken dat God koning is. Hij heeft David (Jezus) gekozen als zijn Gezalfde en (het nieuwe) Jeruzalem om daar te wonen.

2. God brengt zijn volk Israël weer terug

In het apocriefe boek 2 Makkabeeën lezen we in hoofdstuk 2:4-8 dat de profeet Jeremia de tent van God, het reukofferaltaar en de ark uit de tempel in een grot verbergt. De tent van God, de oude tabernakel werd in de tempel bewaard (2 Kronieken 5:5). Hij zegt er dan bij: ‘Die plek zal onbekend blijven totdat God zijn volk weer samenbrengt en zich erover ontfermt. Dan zal de Heer deze voorwerpen weer tevoorschijn brengen en zijn majesteit zal verschijnen in de wolk die ook zichtbaar was in de tijd van Mozes, en ook later, dat toen Salomo bad dat de Heer de tempel op grootse wijze in bezit zou nemen (2 Makkabeeën 2:7-8 NBV21).’

Als deze tekst uit 2 Makkabeeën in Openbaring meeklinkt, betekent dit dat God zijn volk, uit Israël en de volken, weer zal samenbrengen in zijn stad. In Openbaring 21:13 lezen we dat op de twaalf poorten van de heilige stad de namen staan van de twaalf stammen van Israëls zonen. Op de twaalf fundamenten van de muur van de stad staan de namen van de twaalf apostelen.

Zo is het verschijnen van de verbondsark ook het teken dat de tijd gekomen is dat God zijn volk gaat inzamelen.

3. God redt zijn Gezalfde en overwint de tegenstand

In 2 Samuël 22:11 NBG’ 51 lezen we van God: ‘Hij reed op een cherub en vloog, Hij verscheen op de vleugels van de wind.’ De Septuaginta, de oude Griekse vertaling van het Hebreeuwse Oude Testament heeft: ‘Hij was gezeten op de cherubs (de ark) en verscheen (Grieks: ooftè) op de vleugels van de wind.

In Openbaring 11:19 wordt ook van de ark nu ook gezegd dat deze verscheen (Grieks: ooftè) in de tempel.

In 2 Samuël 22:17, 18 zegt David: ‘Hij reikte van omhoog, greep mij, trok mij op uit grote wateren. Hij ontrukte mij aan mijn machtige vijand, (…).’

In Openbaring 12:5, direct na het verschijnen van de ark, lezen we van de vrouw die Johannes ziet: ‘en zij baarde een zoon, een mannelijk wezen, die alle volken zal weiden met een ijzeren staf, en het kind werd weggerukt naar God en zijn troon.’ We zien hier een soortgelijke situatie als in 2 Samuël 22. Daar wordt David in veiligheid gebracht. In Openbaring 12 wordt de Zoon van David in veiligheid gebracht.

In 2 Samuël 22:7 lezen we hoe het David bang te moede is en dat hij roept tot God. God hoort zijn stem vanuit zijn paleis. Maar volgens de Septuaginta hoort David Gods stem vanuit zijn tempel (Grieks: tempel, naos). Openbaring 11:19 spreekt ook van Gods tempel (naos).

In 2 Samuël 22:8 lezen we: Toen dreunde en beefde de aarde. In vers 14: De HERE deed de donder uit de hemel weerklinken; vers 15: ‘Hij schoot pijlen en verstrooide hen, bliksemen en bracht hen in verschrikking.’ Ook bij het verschijnen van de ark in Openbaring 11:19 lezen we van bliksemstralen, stemmen, donderslagen, aardbeving, en zware hagel.

Het verschijnen van de verbondsark in het boek Openbaring betekent zo: God komt zijn Messias te hulp. In het slot van 2 Samuël 22 staat: ‘Hij schenkt zijn koning grote uitreddingen, en betoont trouw aan zijn gezalfde, aan David en zijn nageslacht voor altijd.’

Conclusie: Het verschijnen van de ark in het boek Openbaring houdt in dat God Jeruzalem, nu het nieuwe Jeruzalem, uitkiest, als zijn woonplaats en David, nu de Zoon van David, Jezus, als zijn gezalfde Koning. Daarvoor is het nodig dat Hij zijn Zoon, de Messias, uitredt uit een benarde situatie. Ook is het een teken dat God zijn volk Israël, de twaalf stammen, weer gaat verzamelen.

You may also like

Leave a reply

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *